Algemeen

Archeologisch onderzoek op de plaats waar het nieuwe kennis- en informatiecentrum Terp Hegebeintum komt, leidt niet tot vertraging van de nieuwbouw. Maandag is aan de voet van de terp de bouwkavel doorgespit en dat zorgde niet voor vondsten die de start van nieuwbouw belemmeren. Het archeologisch onderzoek was een laatste voorwaarde om daadwerkelijk met de nieuwbouw te mogen starten. De kavel wordt nu bouwrijp gemaakt. Waarschijnlijk gaat volgende week de eerste paal de grond in.
Foto's © Bram Buruma

Aan de Pypkedyk hadden wethouder Jelle Boerema namens de gemeente Noardeast-Fryslân en Mient Holwerda van stichting Terp Hegebeintum vooruitlopend op het archeologisch onderzoek het bouwbord alvast onthuld met daarop de belangrijkste partijen die een bijdrage leveren aan het realiseren van de nieuwbouw.
Voor het onderzoek ging het onder de restanten van het voormalige bezoekerscentrum met schep en hulp van een graafmachine tot op een diepte van bijna een meter terug naar de kleilaag waarop ooit de hoogste terp van Nederland verrees. Alles wat de onderzoekers in dit aardoppervlak tegenkwamen is geregistreerd. Janneke Hielkema en Yannick Habing van archeologisch adviesbureau RAAP vonden voornamelijk resten van dakpannen en scherven van bolle aardewerken kookpotten uit de middeleeuwen. De onderzoekers kwamen verder botten van waarschijnlijk vee uit die tijd tegen. Ook werden grondmonsters genomen om eerdere vegetatie nader te onderzoeken.
Het onderzoek was aan de voet van de terp die begin 19e  eeuw tot buiten de ringweg werd afgegraven om de vruchtbare grond te verkopen. Alles wat nu gevonden is, stamt waarschijnlijk uit de tijd van de oorspronkelijke bewoners.  Voor het archeologisch onderzoek stond drie dagen gepland, maar kon al binnen één dag worden afgerond. De vondsten worden nu grondig schoongemaakt en door specialisten onderzocht. Zij kunnen vaststellen om wat voor dieren het gaat en hoe oud de scherven precies zijn. Hielkema: ,,Je hoopt hier natuurlijk iets spectaculairs te vinden, zoals goud of misschien wel een fibula. Dat was niet zo. Of het daarom teleurstellend is wat we tegenkwamen? Zeker niet. Wij zijn blij met wat we hier vonden. Alles is belangrijk om te leren van de geschiedenis van dit gebied.’’
Als alles meezit, worden de eerste bezoekers met Pasen 2021 verwelkomd in de nieuwe voorziening. Daar is dan ruimte voor exposities en educatie over de geschiedenis van de terp en de bewoners, er komt een permanente uitstalling van archeologische vondsten, souvenirshop en een horecavoorziening. Het door TWA Architecten in Burdaard ontworpen gebouw bestaat uit een viertal kleinere ‘huisjes’ met zichtlijnen op de terp en de kerk. De nieuwbouw kost bijna 1 miljoen euro en dat geld komt uit subsidies en fondsen.
Volgens Rits van der Ploeg van stichting Terp Hegebeintum is het belangrijk dat er in het nieuwe ontwerp met een panoramavenster een mogelijkheid gecreëerd is dat de bezoekers vanaf de verdieping uitzicht krijgen op de kerk bovenop de terp.
Het bezoekerscentrum dat vorige maand werd gesloopt, was 30 jaar geleden opgetrokken uit een eerder noodgebouw van basisschool It Fundamint in Hallum. Het houten gebouw was afgeschreven en onpraktisch met onverantwoord hoge energiekosten, het dak lekte aan alle kanten en veel houtwerk was verrot. Hegebeintum trok daar jaarlijks zo’n 8000 bezoekers en dat aantal groeide gestaag. Het zijn bezoekers die door vrijwilligers worden rondgeleid in de 12e eeuwse kerk met de unieke collectie rouwborden. Belangstellenden komen vooral ook voor de historie van het terpenland en de archeologische vondsten.
De verwachting is niet dat het er de komende jaren veel meer worden dan tienduizend. Stichting Terp Hegebeintum ziet een nieuwe voorziening op de huidige locatie vooral ook als een impuls voor toerisme in de regio met meer mogelijkheden voor educatie. In het informatiecentrum komt een permanente uitstalling van terpvondsten, met onder meer ook een negen meter lange boorkolom met een dwarsdoorsnede van de terp die in 2015 bij een reddingsoperatie van de toren werd gemaakt en in het Wereld Bodem Museum (ISRIC) te Wageningen is geconserveerd.